Iedere dag weer komen er mensen naar hun werk, vanuit huis of zelfs van de overkant om het mogelijk te maken dat je lekker kan genieten van Texel, om uit te rusten in een lekker bed, met een mooi glas bier en een lekkere maaltijd. Dat wordt niet mogelijk gemaakt door managers en directeuren maar door, wat we ook wel noemen, “handjes”. Mensen die in lage loonschalen zitten voor jongeren, en in loonschaal 1 tot 5. Kortom: het geld voor horecaeigenaren wordt gemaakt door mensen die weinig verdienen.
Daar wil ik het graag eens over hebben met jullie in deze blog. Als goed ingevoerde FNV vakbondsman ben ik al jaren betrokken bij het afspraken proberen te maken over betere arbeidsomstandigheden voor mijn collega’s waarvan het merendeel juist in de lagere loonschalen zitten. Ik realiseer me ook dat we nog steeds te weinig een vuist hebben kunnen maken tegen de veel te lage stijgingen van de lonen, maar dat heeft iedere werknemer die geen lid was van de bond mede helpen veroorzaken. Aantallen geeft ook macht namelijk.
Zo ook weer aan het begin van dit jaar, aangezien we de bestaande CAO hebben opgezegd als FNV Horecabond. Dat heeft een reden natuurlijk, omdat we ondanks de crisis die onze bedrijfstak extreem hard voelt, ook zien dat vele handjes de bedrijfstak verlaten omdat ze elders betere arbeidsomstandigheden aantreffen en meer kunnen doorgroeien. De instroom in het horecaonderwijs is ook bijzonder laag. Dat heeft ook directe gevolgen voor Texel als eiland. We kunnen straks niet meer het persoonlijke serviceniveau handhaven, eigenzinnige en originele concepten aantreffen of voor een acceptabele prijs uit eten gaan. Een loonbod van 2% door KHN, de werkgeversorganisatie, was ook gelet op de inflatie een regelrechte aanfluiting.
De te lage inkomens voor de collega’s in de lagere loonschalen hebben ook nog een ander effect. Ze zijn daardoor ook afhankelijk van de sociale woningbouw. Met hun inkomens, ook niet als tweeverdieners, kunnen ze zich geen koophuis op Texel veroorloven. Je ziet dan als harde werker steeds minder perspectief. Je voelt je misschien zelfs wel gedwongen te verhuizen naar een plek waar je wel het hoofd boven water kunt houden.
Daarom geloof ik dat als we op Texel ons serviceniveau willen handhaven we ons uitsluitend in moeten zetten op sociale woningbouw, voor de mensen die we juist zo hard nodig hebben. Niet iedereen kan op een HBO niveau werken en verdienen, maar juist al die andere werknemers verdienen dat er voor hen wel wordt gezorgd.
De ondernemers moeten nu echt eens kleur bekennen en boter bij de vis serveren voor het realiseren van personeelswoningen, woningen voor mensen die op het eiland willen werken in de “hospitality” om daarmee de vitaliteit en originaliteit van het eiland te behouden. Dat is dus wel meer ‘verstening’ maar dan voor de leefbaarheid van het eiland en niet meer voor de toerist.
Ik zie kansen voor huizenbouw op nieuwe open plekken als straks de scholen samen in een gebouw zitten. Maar meer is nodig. Die handjes die het geld verdienen, die moeten we toch echt een goed huis bieden. Alleen dan houden we met elkaar de economie draaiend, en houden we jongeren op Texel.